-
1 unsettled
adj. onzeker, verward; wisselvallig, veranderlijk[ unsetld]5 in de war ⇒ van streek, niet goed wijs♦voorbeelden: -
2 outstanding
adj. uitstekend; opvallend; aannemelijk; moet afgelost worden; is nog niet afbetaald; wordt behandeld[ autstænding]1 opmerkelijk ⇒ bijzonder, markant; voortreffelijk, eminent2 onafgedaan ⇒ onbeslist; onbetaald♦voorbeelden:outstanding work • werk dat nog afgehandeld moet worden -
3 increased loan
vergrote lening (een lening toegevoegd bij andere lening die nog niet afbetaald is)
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский